Zaterdag 7 mei 2005

Voor onze maandelijkse bijeenkomst rijden we deze keer naar Dronten naar de drukkerij van Wim van der Wekken, omdat Wim ons een rondleiding door zijn bedrijf zal geven en ons daarbij uit zal leggen hoe drukwerk tot stand komt.
Helaas moest Rob wegens vakantie verstek laten gaan en dat zal hem des te meer spijten als hij hoort wat voor een uitermate interessante dag hij gemist heeft.

Kleursystemen
Wim begint zijn verhaal met een uitleg over de kleursystemen die gebruikt worden door de drukker: full colour (het kaartje op de waaier met de pijlen) en/of gebruik maken van pms-kleuren (de rest van de waaierkaartjes).
Bij full colour wordt het drukwerk opgebouwd uit 4 kleuren: geel, magenta, cyaan en zwart. Dat betekent dat het drukwerk 4 keer over elkaar gedrukt wordt, steeds met een nieuwe kleur op een afzonderlijke druk-unit. Welke problemen dat met zich meebrengt zal Wim tijdens het drukken laten zien.

Drukken met pms-kleuren geeft oneindige mogelijkheden, omdat de kleuren ook nog onderling gemengd kunnen worden. Door het toepassen van codes voor de afzonderlijke pms-kleuren kan iedere willekeurige drukker wereldwijd hetzelfde kleur-effect bereiken.
De pms-kleuren zorgen dus voor een grote voorraad mengels, zoals duidelijk in het rek te zien is!!

Natuurlijk kan ook gedrukt worden in full colour met toevoeging van een pms-kleur. Wim heeft voorbeelden van dergelijk drukwerk op tafel gelegd en laat ons bepalen welke de pms-kleur is.

Rasters

Bovendien heeft hij enkele loepen neergelegd en vraagt ons het drukwerk door de loep te bekijken. Nu zien we geen egaal kleurenvlak meer, maar allemaal vakjes en puntjes.
Wim legt uit dat het drukken van kleuren neerkomt op het drukken van een raster van gekleurde punten. Om ervoor te zorgen dat de verschillende kleurenrasters niet over elkaar komen te liggen, wordt ieder kleurenraster onder een andere hoek opgebracht.
Daardoor ontstaan rozetten van rasterpunten en dat zien we door de loep. Zonder loep zien we één egale kleur omdat onze ogen al die rozetten mengen.
Zoekend op internet vond ik een site met duidelijke voorbeelden van de verschillende kleurrasters. (http://www.st.hhs.nl/~ipo_kon/frontpage/rasters.htm)

Van foto tot gedrukte poster

Om het drukproces in praktijk te laten zien, heeft Wim een foto van een 16e eeuwse drukkerij, ooit genomen door Anton in het grafisch museum te Meppel, als uitgangspunt genomen.
Deze foto heeft hij gescand en ingelezen in zijn computerprogramma "QuarkXPress".

Hij laat ons zien hoe hij de tekstregel "Demonstratiedag 7 mei 2005 voor boekbindclub "Het Oude Ambacht". Verzorgd door drukkerij van der Wekken te Dronten" toevoegt aan de gescande foto en de tekst iedere kleur kan geven die hij wil.
Bovendien kan hij de scan bewerken tot hij de juiste kleurwaarden van het origineel heeft, het geheel opmaken met snij- en registertekens en boven de afbeelding de horizontale balk met de YMCK-kleuren weergeven.

Dit bestand drukt hij op de plotter af als referentiemodel. Ook hier zien we weer de 4 kleuren in de cartridges terug: Yellow – Magenta – Cyaan – Black. (YMCK)


Vervolgens stuurt hij het bestand elektronisch naar de ontwikkelmachine om van het gescande beeld vier films (een soort plastic sheets) te maken, voor iedere kleur één film.

Deze 4 films worden ieder afzonderlijk met speciaal blauw plakband op montagefolie bevestigd, deze folie is net zo groot als de aluminium drukplaat die op zijn beurt weer is voorzien van een lichtgevoelige laag.
Film en folie worden nu op de gevoelige laag van de drukplaat gelegd.
Om ervoor te zorgen dat dit op exact dezelfde plaats op iedere plaat gebeurt, worden in iedere plaat eerst registergaatjes gemaakt, ook in de folie. Wim laat ons zien hoe hij deze registergaten met de machine ponst en hoe hij daarna op de lichtbak (foto links) uiterst nauwkeurig de vier films op de platen kan plakken.

De platen zijn nu klaar om belicht te worden. Ze worden daartoe stuk voor stuk in de belichtingscabine geplaatst, vacuum gezogen en een aantal minuten met UV licht belicht. De afbeelding staat door de belichting op de plaat, maar moet zichtbaar gemaakt worden in de ontwikkelbak.

Via een rollenstelsel wordt de plaat door de ontwikkelaar gevoerd, gedroogd en uitgeworpen aan het eind van de ontwikkelmachine. Vervolgens wordt de bovenrand van de plaat op een speciaal apparaat haaks omgezet voor bevestiging in de drukpers.

Wim neemt ons nu mee naar de drukpers die voorzien is van twee druktorens, kleedt zich toepasselijk in een "schoon en weer" t-shirt en geeft uitleg over de diverse onderdelen van deze machine.



Zo leren we dat de vellen papier één voor één via het inlegapparaat ingevoerd worden in de pers. Om exact dezelfde positie van de vellen te houden worden ze via voor- en zijaanleg ingevoerd. De vooraanleg is naar voor en achter af te stellen, en de zijaanleg naar links en rechts.
Dan kijken we waar en hoe de platen ingevoerd gaan worden.
Wim laat eerst de platen voor cyaan en zwart automatisch invoeren (zie de rode pijlen), ieder in een afzonderlijke toren, de druk-unit, en hij wijst ons de 3 cilinders aan: de plaatcilinder met inkt- en vochtrollen, de rubberdoekcilinder waarop het beeld van de ingevoerde plaat komt te staan en tenslotte de tegendrukcilinder waarop het bedrukte papier komt.

Dan vult hij de inktbak met de inkt. Tot onze grote verbazing is dit geen vloeibare stof, maar een dikke pasta!
Nu laat hij de pers waarschuwingstonen geven en vertelt dat dit betekent: handen weg van de machine, er gaat gedrukt worden. De eerste vellen komen al snel bij de uitleg (het laatste deel van de drukpers), tevoorschijn.

Eén vel wordt van de stapel getrokken en kritisch bekeken.
Aan de registertekens is duidelijk te zien dat de platen niet juist t.o.v. elkaar afgesteld zijn. Met handmatige ingrepen wordt de pers afgesteld, net zolang totdat er geen registerverschillen meer te zien zijn, noch met het blote oog, noch met de loep.

Een volgend probleem is de kleurintensiteit van cyaan en zwart. Meten met de densitometer op de blokjesbalk geeft aan waar de inktafgifte verhoogd of verlaagd moet worden, maar Wim ziet door ervaring ook zo al waar hij de inkttoevoer moet regelen. Dit gebeurt door afstellen van de diverse hendels.

Nadat de bedrukte vellen met cyaan en zwart een bevredigend resultaat bereikt hebben, wordt de oplage klaar gedrukt en daarna moeten de druk-units gereinigd worden. Wim schraapt eerst de overtollige inkt weg en laat dan de cilinders automatisch reinigen. We zien de resterende inkt langzaamaan volledig verdwijnen.
Nu worden de inkbakken gevuld met magenta en geel, om vervolgens de reeds bedrukte vellen voor de derde en vierde keer te laten bedrukken. Inmiddels begrijpen we wat Wim bedoelde met de register- en kleur-problemen die zich tijdens het full colour afdrukken kunnen voordoen.

We zijn zeer onder de indruk van de vele handelingen die verricht moeten worden om een drukwerk tot stand te brengen en van het vakmanschap dat daarvoor nodig is.
Een goed gevoel voor de juiste interpretatie van kleur is daarbij heel belangrijk. En zo rolt dan, na veel inspanningen, kleurbijstellingen en registercorrecties een prachtige poster van een 16e eeuwse drukkerij van de pers.

Ook al is het al ver in de middag, toch willen we ook nog even aandacht besteden aan het Goddijnproject. Uiteraard moeten eerst de diverse resultaten bekeken worden.
Bewonderend gaat het 5e boek van Anton, dat nu ook prachtig beslag op de hoeken heeft, van hand tot hand. Jopie heeft het 4e boek klaar en het prägen van de lijnen is met de foliepen goed gelukt. Ook heeft ze nog een versierend stempel op het voorplat gedrukt.
Henny is klaar met de eerste twee boeken en die worden dus ook gefotografeerd.(Zie voor al deze boeken op de site onder 'eindresultaten' bij de Projecten).
Jaap laat het naaiwerk van de diverse boeken zien; hij heeft veel boeken tegelijk onder handen, zodat hij steeds voort kan met divers werk.
Hans heeft het 4e boek genaaid, de platten aangeregen en moet het nu met leer bekleden. Hij merkt op dat hij wél beide gaatjes voor het kapitaal aan kop en staart in de platten gebruikt heeft, want juist door dat tweede gat kon hij het perkamenten bandje na het bestoken te hebben nog even goed aantrekken. (Sommigen van ons vonden dat tweede gat overbodig, omdat je de kapitaalkern ook plat aan de binnenkant van het plat kon plakken).
Anton wil proberen zijn zesde boekblok te snijden met de snijploeg, die hij uiteraard weer zelf vervaardigd heeft. Onder toeziend oog van ons allen zet hij zijn boekblok in de blokpers, hangt het in de persknecht, meet de rugdikte, keert de blokpers, en laat de snijploeg langzaam opschuivend zijn werk doen. Het gaat fantastisch mooi. Er ontstaat een spiegelgladde snede.
(zie voor een uitgebreide stap-voor-stap reportage van het snijden met de ploeg: www.adrie.info/goddijn)

En zo is deze dag ook weer voorbij gevlogen.

Dit verslag is gemaakt door Ine.

Klik hier voor verslag Marjolein.

Schilderij van Hans hier klikken.